temidden van immense krachten

alsof Neptunus vanuit zee
z’n klauwen in de kuststrook joeg,
diepe voren in de rotsen sloeg,
hij vormde er de fjorden mee

wat is de zee en waar begint het land
de grens lijkt in beweging
zoals menig wijze overweging
niet ontstond uit rechtlijnig verstand

ben een passant voor korte tijd
temidden van immense krachten
ben een seconde in de eeuwigheid

maar die seconde wil ik wel bestaan
al ben ik maar beperkt bij machte
al zou het nog om deze laatste regel gaan